De ambtelijke molen staat nooit stil. Ook niet, of moet ik zeggen juist niet, door een crisis zoals we die nu doormaken door Covid-19. Recent is een beleidsstuk verschenen dat minder aandacht heeft gekregen dan het verdient. Het gaat om het stuk ‘Brede Maatschappelijke Heroverwegingen’ (BMH). Het stuk is geschreven nadat de Tweede Kamer in 2018 aan het Kabinet heeft gevraagd welke beleidsopties er (moeten) zijn die Nederland weerbaar moeten maken tegen economische tegenwind.
Waarom ik er aandacht aan besteed in dit blog? Momenteel zijn de verschillende commissies binnen de politieke partijen druk bezig met het schrijven van de verkiezingsprogramma’s voor maart 2021. Het is te hopen dat zij ook kennisnemen van de BMH en dat als input meegeven aan het nieuw aan te treden kabinet. Dit stuk laat zien dat de Nederlandse ambtenaren het belang van digitalisering inzien, omdat deze een impact heeft op álle sectoren en binnen álle lagen van de samenleving. Zo wordt de potentie van data delen in onder andere sectoren als de zorg, landbouw en mobiliteit genoemd.
Echter, dit heeft alleen kans van slagen wanneer dit veilig gebeurt en wanneer de bron vertrouwd kan worden. Digitalisering wordt steeds meer ingezet als wapen in de geopolitieke wereldorde. Landen willen zich onderscheiden ten gunste van hun concurrentiepositie, maar ook als wapen door (de dreiging van) sabotage en spionage Ook wordt geconstateerd dat Nederland door zijn open en sterk gedigitaliseerde economie sterk afhankelijk is van een vrij en veilig internet. Dit vraagt om de versterking van de digitale weerbaarheid van Nederland. Onder nadere door betere samenwerking en intensievere informatiedeling tussen (overheids)partijen, een loket voor digitale veiligheidsadviezen en een testprogramma voor digitale infrastructuur in vitale processen.
Alleen door een sterke cybersecuritysector kunnen we in Nederland de kansen van digitalisering optimaal benutten. Gelukkig is hier (in)direct aandacht voor in het BMH. Zo wordt onder andere de noodzaak om te investeren in menselijk kapitaal beschreven. De ambtenaren beschrijven het belang van het bijbrengen van digitale vaardigheden van kinderen. Maar ook wordt de mogelijkheid geopperd om het aanbod van opleidingen rechtstreeks te reguleren zodat deze beter aansluit op de markt.
Daarnaast wordt het belang van innovatie onderkend. Het innovatiehoofdstuk schetst hierin vier scenario’s voor het verdelen van innovatiegelden: moeten we weinig investeren in veel (van alles ‘iets’ weten) of juist veel investeren in weinig (gericht investeren in bepaalde kennisgebieden)?
De kansen van digitalisering gaan wat mij betreft hand in hand met het vergroten van de weerbaarheid. Hierbij is een belangrijke rol voor ons als cybersecuritysector weggelegd. Wij kunnen zorgen dat organisaties snel ‘back in business’ komen wanneer ze slachtoffer zijn geworden van een cyberincident zoals ransomware of CEO-fraude We spelen een belangrijke rol in het beschermen van de vitale processen zoals de energievoorziening, watermanagement en vervoer. Wij hebben kennis en ervaring om de weerbaarheid van de Nederlandse samenleving te vergroten. Goed om te lezen dat de Haagse ambtenaren dit hebben begrepen. Aan ons als sector een belangrijke taak om onze maatschappelijke meerwaarde blijvend onder de aandacht te brengen.
Ik blijf me er in ieder geval hard voor maken!
Petra Oldengarm, directeur Cyberveilig Nederland
Zie voor het blog: https://www.securitymanagement.nl/petra-oldengarm-haagse-beleidsstukken/